la proxima estacion: thailand

.. au bout d'un silence

Friday, June 16, 2006

Het is vandaag welgeteld 60 jaar geleden dat de Thaise koning de troon besteeg. Deze memorabele gebeurtenis maakt hem meteen de langst regerende monarch ter wereld en dat is uiteraard reden genoeg tot feest! Lijfkreten met I LOVE THE KING worden overal luid gescandeerd, de eens zo aanwezige foto’s van zijne koninklijke hoogheid zijn zoniet nog meer in overvloed aanwezig en de Thaise economie krijgt weer eens een flinke boost door de explosieve verkoop van allerhande koninklijke memorabilia. En alsof dat nog niet genoeg is, werd het straatbeeld de afgelopen weken volledig overheerst door geel. Dat is de kleur van de dag waarop de koning geboren is en de Thai zijn daar nogal bijgelovig in. Gele t-shirts voorzien van een koninklijk embleem zijn ondertussen uitgeroepen tot fashion item of the year .. de media spreekt van een “gele koorts”. Je kan het allemaal zo gek nog niet bedenken ..

De liefde van de Thaise bevolking voor hun koning is opmerkelijk! Meer dan één miljoen Thai zijn vrijdag massaal naar het Koninklijk Paleis getrokken om een glimp van his majesty op te vangen. Bhumipol – ik mag ondertussen al Bhumi zeggen – verscheen op het balkon van z’n paleis om het volk te groeten. Duizenden fans van het koningshuis stonden met tranen in de ogen te luisteren naar de toespraak van de koning. Heel Bangkok stond op z’n kop! Absoluut hoogtepunt waren de koninklijk sloepen, die enkel tijdens speciale gelegenheden uitvaren op de Chao Phraya rivier. De optocht bestond uit 52 sloepen, bemand door maar liefst 2000 Thaise mariniers die op monotone klanken verder roeiden. Zelfs onze nationale trots (ahum?) Filip en Mathilde waren prominente aanwezigen op de feestelijkheden. Het is vermeldenswaardig ..

Enfin, het feest is nog niet gedaan want begin december wordt de 80e verjaardag van zijne majesteit nog eens extra in de bloemetjes gezet .. Wait and see.

Friday, June 09, 2006

Als de dolgedraaide wereld me een beetje teveel wordt, zoek ik mijn toevlucht in de weldaden van de natuur. Tenminste, dat was een stille hoop die ik koesterde om mijn survival in de jungle te legitimeren. In mijn stoutste dromen zag ik mezelf in ware kamikazestijl van de ene liaan naar de andere slingeren .. om dan uiteindelijk badend in het zweet wakker te worden.

Begrijp me niet verkeerd, ik hou van de natuur. Echt waar. Uren kan ik gefascineerd kijken naar natuurdocumentaires op National Geographic, de slogans van Greenpeace zijn mij niet vreemd en zoals het elke natuurvriend betaamt, had ik vroeger een abonnement op de Antwerpse Zoo ..

Toch moest ik even op m’n onderlip bijten toen ik hoorde dat de grote survival weer voor de deur stond. Ik mocht opnieuw de jungle in, back to basics .. en zo herhaalde de geschiedenis zich weer in de meest vreselijke zin. Dit keer had ik één groot nadeel: ik wíst waar ik aan begon .. ADVENTURE: the sequal!

De eerste driedaagse trekking begon met een fikse regenbui in Mae Sot. “The next days we’ll have thunderstorms”, zo probeerde lokale gids Dex het ijs te breken. Geweldig! Met een rugzak vol motivatie klom ik in de pickup, een laatste blik op het mooie hotel dat na een paar honderd meter nog slechts een vaag sprenkeltje hoop bood. In de verte doemden de eerste bergen als reusachtige monsters op. Mijn ergste vijanden voor de komende twee weken .. Een vier uur durende bergrit zou ons naar Umphang brengen, de laatste toegangspoort tot de beschaving. Ik werd zowat visueel dronken van de duizend en één bochten. Onderweg stopten we aan een vluchtelingenkamp. De afgelopen weken is er veel opschudding geweest aan de grensstreek met Birma. Het Birmaanse leger valt met veel geweld de Karen dorpen aan. Terwijl vrouwen en kinderen op de vlucht slaan, zetten de mannen van het verzetsleger hun strijd om de onafhankelijkheid hardnekkig verder. Het vluchtelingenkamp is een donkere plek in het landschap en wanneer we hier met de pick-up voorbij rijden zorgt dit voor een bittere nasmaak. Ik word er even stil van ..

Een paar uur later en welgeteld 1051 bochten verder, komen we dan eindelijk toe in Umphang, waar we met een raft de rivier gaan afvaren. Het decor is magnifiek en laat een diepe indruk na. Omgeven door hoge rotsformaties en kleine watervalletjes varen we de rivier af. De stilte is alles overweldigend. Dit is genieten! In de late namiddag komen we toe in het tentenkamp. Na een verfrissende duik in de rivier, valt de avond. De verveling slaat genadeloos toe. De paar lauwe pintjes leiden tot weinig nieuwe inzichten. Dat is zo in de jungle .. Moedeloos slof ik onder mijn muskietennet om er in het gezelschap van een paar rusteloze dromen de nacht door te brengen.

Nog voor de zon zijn harde licht over de omliggende bergruggen heeft gegooid, zit ik aan de oevers van de rivier de duizend kleine ochtendtafereeltjes gade te slaan. Terwijl de vogeltjes vrolijk fluiten, zit er een gigantische varaan aan de overkant van de rivier z’n weerspiegeling in het water nauwkeurig te bewonderen. Het avontuur lonkt langs alle kanten! Na een stevig jungle ontbijt trekken we verder naar de grootste waterval van Thailand – iets dat onze lokale gids die ochtend maar al te graag benadrukte. Zijn chauvinisme was niet misplaatst, de waterval was ook echt indrukwekkend! De vermoeidheid werd met een frisse duik weggewerkt en iedereen was klaargestoomd voor de volgende trekking. Door kleine paadjes en riviertjes baanden we onze weg naar het Karen dorp, waar we de komende nacht zouden logeren. Een paar uur verder kwamen we weer een beetje dichter bij de beschaving. Een klein dorpje met bamboehutjes, loslopend wild en vrolijke kindjes die ons in de armen kwamen gevlogen .. een verademing! De nacht viel snel en dankzij een stevige slok van de lokale whisky viel ik als een blok in slaap.

De volgende ochtend werd ik met een luide knal wakker. Buiten stonden een paar olifanten ongeduldig te worden. Even dacht ik in een Disney film te ontwaken, maar de realiteit was iets minder sprookjesachtig. Er stond ons een vier uur durende olifantentocht te wachten. Het eerste uur was fantastisch! We volgden een grassig pad langs een rotsflank en even voelde ik me de queen of the jungle. Helaas was mijn enthousiasme iets te voorbarig. Na een uur werd het landschap steeds ruiger en beneveld moest ik vaststellen dat de olifantentocht herleid werd naar een absolute anticlimax. Vier uur later eindigt ons lijden .. het was een fysieke veldslag waarbij de vermoeidheid van de afgelopen dagen als een blok op onze schouders viel.

Na een nacht terug in de bewoonde wereld, ging het avontuur onverstoord verder. Dit keer gingen we van Mae Sot naar Nan, een niemendalletje ver van de geijkte toeristenpaden.

Door de aanhoudende regen stonden vele delen in het noorden van Thailand onder water. Onderweg naar Nan werd de impact van deze overstromingen eens te meer duidelijk. Dorpjes die volledig van de kaart waren gespoeld, mensen die uit pure noodzaak in tentjes probeerden te overleven met de middelen die ze nog hadden .. het was onbeschrijflijk en bijna beschaamd sloeg ik de ogen neer ..

Ik keek uit naar de trekking in Nan. De komende drie dagen zouden we overnachten bij de Hmong, een dorpje dat bij mij nog steeds de mooiste herinneringen oproept. Na een voormiddag dolle pret met lokale gids Sammy en z’n Thaise versie van Jackie Chan, begon het echte avontuur. Met gezwinde tred wandelden we door het ruige landschap terwijl de echo van onze voetstappen wegstierf in de groene leegte. De natuur was adembenemend! Het Hmong dorpje was verlaten toen we toekwamen. Terwijl mijn mede avonturiers zich even terug trokken voor een korte siesta, zat ik buiten te genieten. Herinneringen overheersten m’n gedachtegang .. het was een vreemd welkom thuis gevoel.

Iets later heerste er een drukte van jewelste. De mannen en vrouwen waren terug van de velden. Bij de bergstammen speelt traditie een belangrijke rol. Vroeger bepaalde de papavercultuur het ritme van de streek, maar sinds de overheid heeft ingegrepen, kweken de Hmong enkel nog groenten en fruit in ruil voor steun van de overheid.

“You’re back.” Een bekend gezicht .. oei, even diep in m’n geheugen graven en ja, die arrogante grijns die me vorig jaar de koude rillingen bezorgde. Mister Cho. Veel zin om te socializen had ik niet. De nacht valt – voor één keer biedt de vermoeidheid een goed excuus ..

De jungle is niet voor langslapers – om 4u s’ ochtends werden we gewekt met een symfonisch orkest van vals kraaiende hanen. Dit zou mijn dag niet worden .. vloekend en met kleine slaapoogjes begonnen we een paar uur later aan onze zoektocht naar de yellow leaf people. Een steile klim over de berg leidde ons langs kleine smalle paadjes. Het landschap was zo intens mooi dat ik bijna vergat naar het pad te kijken .. met alle gevolgen van nadien .. Ik voelde me plots ver in gedachten wegzinken, in de verte hoorde ik vage stemmen paniekerig heen en weer roepen .. toen ik weer een beetje bij bewustzijn kwam, kon ik wel vloeken. Half invalide en kreunend van de pijn wist ik dat dit het einde was .. en eigenlijk was ik daar niet eens zo rouwig om. Er stond mij nog één nacht in het Hmong dorp te wachten en bijna gewillig was ik bereid mijn lot te aanvaarden. Met een verstuikte arm en een paar kneuzingen droop ik terug af naar het dorpje om er de rest van de namiddag in zelfmedelijden door te brengen. Een oud vrouwtje kwam even bij me zitten en brabbelde iets in Hmong taal .. ze hield een beetje hulpeloos de schouders op en lachend om haar eigen grapje liep ze verder. Toen de zon achter de heuvels verdween, leken minuten plots uren te duren. Iedereen was aan het aftellen .. De volgende ochtend werden we met de pickup terug naar Nan gebracht – het was een uurtje haren in de wind én eindelijk genieten. Game over.

Na de ontberingen van de natuur, proeft mijn luxeleventje in Bangkok als zoete honing. De laatste overblijfselen van mijn survival avontuur worden abrupt met een felle waterstraal van m’n lichaam gewist. Het is genoeg geweest ..